Dat gemeenteraadswerk zowel concreet, dichtbij en confronterend kan zijn als abstract en op hoofdlijnen werd me afgelopen week weer eens helder. Het maakt het ook leuk overigens.

Ooievaarplein

Vorige week heb ik samen met Ruud Verkuijlen van de VVD het initiatief genomen om een werkbezoek te organiseren aan het Ooievaarplein. Aanleiding was het voorstel van Pieter Broertjes, als burgemeester verantwoordelijk voor openbare orde, voor cameratoezicht op het Ooievaarplein. De VVD pleitte ervoor, GroenLinks ertegen. Althans op basis van het voorstel zoals het er lag. Dat was slecht onderbouwd, er werd niet helder waarom er ineens weer een toename van incidenten voorkwam en of camera’s daar dan wel een antwoord op vormen. Nog even afgezien van de terechte vrees dat de overlast zich dan mogelijk verplaatst naar waar geen camera’s hangen. Wat lost cameratoezicht dan op? 

Dan vind ik raadswerk weer leuk en concreet als we samen een werkbezoek organiseren om ter plekke met inwoners, welzijnswerk en politie te praten. Dat is nodig want het Ooievaarplein is al jaren een bron van discussie over jongerenoverlast. Overigens werd in de bespreking over het cameratoezicht ook niet helder waarom op 7 maart jl. in een brief van Broertjes nog wordt aangegeven dat een gezamenlijke aanpak rond het Ooievaarplein werkt. Terwijl een maand daarna alle registers worden opengetrokken om camera’s op te hangen. Dat lijkt iets paniekerigs te hebben, dat het veiligheidsgevoel van inwoners ook niet verbeterd. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid geeft bovendien aan dat zichtbare veiligheidsmaatregelen paradoxaal genoeg juist onveiligheidsgevoelens kan oproepen. Het communiceert dan immers ook dat het ter plekke onveilig kan zijn. Ergo, tijd voor een werkbezoek en feiten, niet voor een snelle roep om weer een camera.

Kadernota

Deze week was het ook de week van de abstractie en grote hoofdlijnen. De nieuwe coalitie van D66, VVD, SP en CDA presenteerde haar kadernota, zeg maar de opmaat voor de nieuwe gemeentebegroting voor 2015. Twee zaken vallen direct op in de kadernota. Was het coalitieprogramma van deze nieuwe coalitie al niet erg concreet, de kadernota geeft nog steeds weinig houvast. Oh, pardon, nee natuurlijk, er moet ruimte zijn voor inbreng van inwoners en oppositie. Uiteraard, maar het kan ook zijn dat duidelijk maken wat je wil, juist een beter gesprek oplevert. Laat je daarbij voeden en laat ruimte voor uitwerking, dat hoeft niet te bijten met een stellingname. 

Daarnaast valt opnieuw op dat de SP toch echt instemt met maar liefst 2.500.000 euro (twee miljoen vijfhonderdduizend) aan bezuinigingen op het sociaal domein. Je zult maar op de SP gestemd hebben omdat de SP zich er altijd op laat voorstaan dat ze tegen bezuinigingen op welzijn en zorg is. Dat is toch het beeld dat je als gemiddelde kiezer van de SP hebt. Stel, GroenLinks zou omwille van collegedeelname instemmen met een weg over de heide. Dan gaan toch ook uw wenkbrauwen omhoog? Sterker, ik  denk dat GroenLinks terecht alle geloofwaardigheid zou verliezen. Over geloof van je inwoners in politiek gesproken. Dat maakt het abstracte wel weer heel concreet.