De gemeenteraad stelt binnenkort het Integraal Veiligheidsplan voor de komende vier jaar vast. Het doel van dit plan is om overlast en criminaliteit in Hilversum aan te pakken. GroenLinks juicht het toe om Hilversum veiliger te maken. Een van de prioriteiten in het veiligheidsplan is de ‘overlastgevende jeugd’. Om hier wat aan te doen worden een aantal extra maatregelen gepresenteerd. En daar gaat het mis, want tot ongenoegen van GroenLinks staat het introduceren van de Mosquito daarbij.

Het gemeentebestuur wil de Mosquito inzetten als middel bij de feitelijke handhaving van de openbare orde. Dat wil zeggen dat het apparaatje wordt opgehangen op plaatsen waar door hangjongeren overlast wordt veroorzaakt. De Mosquito produceert namelijk een voor jongeren tot ongeveer 25 jaar hinderlijke hoge pieptoon. De verwachting is dat door het hinderlijke geluid jongeren binnen enkele minuten de locatie verlaten. Het instrument is echter omstreden, ondermeer omdat het gebruik ervan mogelijk raakt aan diverse mensenrechten en mogelijk kan leiden tot gehoorschade.

Met een eventuele inzet van de Mosquito begeeft Hilversum zich dus op glad ijs. In de vergadering van 16 december 2010 vroeg GroenLinks fractiemedewerker Hubert van Mastrigt of het college de intentie heeft om het instrument daadwerkelijk in te zetten. Nee, was het antwoord. Maar in 2011 komt er wel een voorstel om het gebruik van dit apparaat mogelijk te maken. Onbegrijpelijk, aldus Hubert van Mastrigt: “Er zijn grote vraagtekens bij het gebruik ervan en als je zegt dat je niet van plan bent om de Mosquito in te zetten, waarom het dan toch in het plan opnemen?”

De Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa stelde enkele maanden geleden nog unaniem vast dat jongeren door de Mosquito de status krijgen van “ongewenste vogels of ziektes” en vindt dat het gebruik ervan zo vernederend is, dat het in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het VN-kinderrechtenverdrag. Hoewel de fabrikant stelt dat er geen gehoorschade kan optreden, willen verschillende lidstaten extra onderzoek naar de gevaren voor bijvoorbeeld ongeboren kinderen.