Hoe zat het ook alweer? Vier jaar geleden ging de verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg van het rijk naar de gemeenten. Idee was dat gemeenten sneller en accurater hulp konden bieden, omdat zij dichter bij de inwoners staan. De overgang was tegelijkertijd een maatregel om te bezuinigen, de gemeenten moesten het met minder geld gaan regelen dan daarvoor het geval was.
Gemeenten en zorginstellingen zijn in 2019 nog steeds bezig met het zo goed mogelijk organiseren van de jeugdzorg. De bezuinigingen waren te optimistisch ingeschat. Het opzetten van nieuwe organisaties kost in de eerste jaren namelijk vaak extra geld en pas na een aantal jaar kun je kostenbesparingen bereiken. Als gevolg hiervan kampen veel gemeenten met te hoge uitgaven voor de jeugdzorg en dit kan ten koste gaan van de kwaliteit van die zorg.
Voor Hilversum wordt de jeugdzorg samen met de regiogemeenten geregeld. Vanaf 2016 wordt dit gedaan volgens een zogenaamde ‘open-house-aanbesteding’. Als je aan bepaalde eisen voldoet, mag je als zorgaanbieder zorg leveren in onze regio. Gevolg is dan wel dat er nu ongeveer 60 partijen actief zijn en dat maakt samenwerking en afstemming erg lastig.
En deze samenwerking is juist heel hard nodig om de jeugdzorg beter te organiseren. Denk bijvoorbeeld aan samenwerking tussen zorginstellingen onderling of tussen zorginstelling en scholen. Door als zorgverlener nauw betrokken te zijn bij scholen kun je in een vroeg stadium problemen bij kinderen signaleren en hiermee aan de slag gaan.
Maar deze aanpak vraagt ook om een nieuwe manier van financieren. Men is gewend om achteraf te betalen voor een behandeling. Een kind heeft een probleem, daarop volgt een behandeling en daarna wordt er afgerekend. Als je echter een zorgverlener op een school wilt plaatsen om problemen vroeg te signaleren werkt deze manier van betalen eigenlijk niet. Gemeente moeten daarom echt hun systeem van financieren veranderen.
De druk op de jeugdzorg neemt toe omdat er tegenwoordig steeds meer kinderen zijn waar iets mee aan hand is. In onze regio 1 op de 4 kinderen en dan kan het om van alles gaan van ADHD of autisme tot psychische problemen. Het is zeer belangrijk om niet al die kinderen een diagnose en/of een label te geven. Van een label als ADHD hebben kinderen vaak nog jaren last. Spreek eerst van ‘een druk kind’ en ga daar samen met dit kind aan werken, om te zien of het gedrag verandert voor er een label volgt.
Kinderen gaan samen naar school: dat vraagt aanpassing
De tijd dat kinderen met problemen vaak meteen werden doorverwezen naar speciaal onderwijs of een instelling is gelukkig voorbij. Kinderen kunnen nu vaker naar hun vertrouwde school blijven gaan en thuis wonen. Het is nu zaak om een nieuw netwerk op te bouwen waarop kinderen met problemen kunnen terugvallen. Een netwerk waarin scholen, buitenschoolse opvang, gemeente, jongerenwerkers, sportclubs, zorginstellingen kunnen samenwerken om te bewerkstelligen dat ieder kind in een vertrouwde omgeving met een beetje hulp kan opgroeien.
Dit vraagt bij alle partijen om een andere manier van werken en een verdergaande samenwerking. Hieraan zullen we de komende jaren hard moeten werken. Weet dat een goede investering in de jeugdzorg nu, veel problemen en zorgen voor later wegnemen. Na de zomer publiceert de rekenkamer van de gemeente Hilversum de resultaten van haar onderzoek na de jeugdzorg in Hilversum en praten we verder over dit belangrijke onderwerp. Deze geanimeerde discussie gaf daartoe een goede aftrap.