GroenLinks is de enige partij in Hilversum die in 2010 met het thema leegstand de gemeenteraadscampagne in ging. Maar al veel eerder in 2006, en later in 2009 opnieuw, presenteerde GroenLinks fractielid Frank Kool een onthutsende inventarisatie van leegstand in Hilversum. Na enkele jaren van politieke druk is GroenLinks blij dat leegstand inmiddels wel hoog op de politieke agenda staat. Aanstaande woensdag staat de aanpak van leegstand op de agenda van de Raad. Dat is bemoedigend, maar wat GroenLinks betreft slechts een start. De urgentie van leegstandsproblematiek vraagt, wat GroenLinks betreft op korte termijn, extra stappen.

Het bestrijden van leegstand door het geven van een nieuwe bestemming, ook wel transformatie genoemd, is van levensbelang voor de vitaliteit, leefbaarheid en economische ontwikkeling van Hilversum! De toekomstige vraag naar ruimte voor zorg, wonen, media en creatieve industrie zou wethouder Jan Rensen (PvdA) gretig moeten maken om deze transformatie vol ambitie aan vangen. Het programma Aanpak Leegstand begint wat dat betreft hoopvol met een integrale benadering, dat wil zeggen via de sporen ruimtelijke ordening, economische ontwikkelingbeleid en openbare orde en veiligheid.

Het programma beoogt een goede voedingsbodem voor maatschappelijke samenwerking te realiseren. De 5 motieven waarlangs de aanpak resultaat probeert te boeken zijn Verbinden, Verleiden, Vernieuwen, Versnellen en Vertellen. Over deze basis is GroenLinks positief. Het meeste vastgoed is immers niet in gemeentelijk bezit. De vastgoedmarkt is gefragmenteerd en dient zeer verschillende functies. Maar de wethouder stelt zich wel heel erg voorzichtig op.  Zo schrijft hij: “Het is afwachten tot zich kansen voor doen …. De gemeente kan in haar eigen inzet prioriteiten stellen, maar zal sterk gericht moeten zijn op het grijpen van kansen die zich voordoen. ”

Al in 2006 stelde de GroenLinks-fractie schriftelijke vragen over de leegstand in Hilversum aan het College naar aanleiding van berichten dat de gemeente Amsterdam de ontwikkeling van kantoorgebouwen had stopgezet. Amsterdam had op dat moment een voorraad van 1,2 miljoen vierkante meter waarmee de vraag tot in 2080 gedekt was. De zorgen om de leegstand werden in 2006 nog niet door andere partijen binnen de Hilversumse Raad gedeeld. Ook toen de GroenLinks-fractie in november 2009 een voorstel deed voor de tijdelijke aanstelling van een zogenaamde leegstandscoach stond ze daarin nog steeds alleen. Het voelt als uiteindelijk als een overwinning dat het huidige College er wel serieus werk van wil maken om de oorzaken van de leegstand aan te pakken. Al mag dat van GroenLinks krachtdadiger.

Aanpak van de leegstand is urgent! De vraag naar kantoor en winkelruimte neemt door verschillende oorzaken nog steeds sterk af, zo valt bijna dagelijks in de pers te lezen. Voor de bedrijvenmarkt wordt in de toekomst echter nog wel vraag naar vierkante meters verwacht. Als onderdeel van de noordelijke Randstad en met de Media als één van de 13 door het rijk benoemde topsectoren, zijn er voor Hilversum in de toekomst dus volop kansen om van de transformatie opgave een succes te maken. Want ook het Rijk vindt dat eerst locaties voor herstructurering of transformatie moeten worden benut alvorens nieuwe locaties worden ontwikkeld.

De aanpak van het College is een goede start. Er spreekt de bereidheid uit om de markt te helpen de broodnodige herstructurering en transformatie vorm te geven. Maar veel vastgoedeigenaren willen niet transformeren of herbestemmen, omdat ze daarmee verlies moeten nemen op hun te hoog in de boeken gewaardeerde vastgoed. En daarom is er meer nodig dan de bereidwilligheid om te helpen alleen. Volgens GroenLinks moet het College minimaal nog een aantal zaken proactief moeten organiseren:

  1. Leegstandsverordening:  Met een leegstandverordening kan de gemeente de  onwilligen prikkelen. Met de opbrengsten van een leegstandsheffing kan de gemeente de bereidwilligen ondersteunen.
  2. Verruim de ontwikkelingskansen: Benoem gebieden met een problematisch leegstand in de bestemmingsplannen en bestempel ze als uitwerkinggebieden zonder er een vastomlijnde bestemming aan te geven. Er ontstaat dan meer ontwikkelingsvrijheid.
  3. Treedt op tegen verwaarlozing: Spreek vastgoedeigenaren geregeld aan op verwaarlozing en achterstallig onderhoud en laat dit financiële consequenties hebben. Als leegstand niets kost, waarom dan actief worden?
  4. Wees duidelijk naar de markt: Ontwikkel zelf ideeën voor bepaalde locaties. Geef aan waar Hilversum in de toekomst behoefte aan heeft (bijvoorbeeld: jongerenhuisvesting). Maak proactief toekomstgericht gebiedsvisies en houd daar aan vast.
  5. Ga uit van de reële waarde: Wees niet te bang voor planschadeclaims bij het wegnemen van kantoor- of winkelbestemmingen in bestemmingsplannen. Vastgoedeigenaren moeten planschade juridisch aannemelijk kunnen maken. Langdurige leegstand zorgt voor een terugloop in waarde van het pand zelf en de omgeving. Passieve vastgoedeigenaren zouden in het planschadeverweer op het veroorzaken van omgevingsschade aangesproken moeten worden..

Het enige dat straks telt is als we door verandering vorm weten te geven aan de transformatie opgave.