Het voorstel van de GroenLinks fractie Hilversum om meer te doen aan de bestrijding van leegstand is door de gemeenteraad goed ontvangen. GroenLinks vindt vooral de negatieve maatschappelijke effecten niet te verdragen voor een gemeente waar de ruimtenood zo groot is als in Hilversum.
Het voorstel voor de aanstelling van een leegstandscoach die bemiddeld bij incourant vastgoed werd door veel fracties omarmd. Afgesproken werd dat de fracties van GroenLinks en Leefbaar Hilversum het College een voorstel doen voor een aanpak waar een gerichte bemiddeling vruchten zou kunnen afwerpen. Verder zegde wethouder Rensen toe te willen onderzoeken of het instellen van een leegstandsfonds, in combinatie met de nieuwe Leegstandswet, een bruikbaar instrument voor de gemeente kan zijn.
Dat de ruimte nood groot is blijkt ondermeer uit de woningmarkt waar bijna geen leegstand is. In schril contrast daarmee staat echter de bedrijfs- en kantorenmarkt. Op deze markt is sprake van aanwijsbare structurele leegstand. Voor GroenLinks staat de maatschappelijke winst van de bestrijding van (structurele) leegstand voor op. Deze winst is dat kwaliteit van de leefomgeving, het effectief ruimtegebrek verbeteren en dat er kansen voor nieuw cultureel, maatschappelijk en economisch initiatief kunnen worden gecreëerd.
Het gaat om leegstand waar de reguliere markt niet wil of kan bemiddelen. De gemeentelijke inbreng moet en mag geen concurrent worden van de reguliere bemiddelingsmarkt. Dit type van vastgoed, wat een individuele gebouwen kan zijn, heeft een negatief effect op de omgeving als gevolg waarvan ook ander vastgoed last krijgt van slechte bemiddelbaarheid.
Gedacht moet worden aan geïsoleerd liggende winkels die zonder de steun van een 'trekker' in de buurt op zichzelf staand steeds minder kans hebben in deze tijd. Dan is het nonsens om vast te houden aan de bestemming van een winkel/bedrijfsruimte. De VVD noemde de dreigende leegstand in de aanloopgebieden naar het Centrum. Leefbaar Hilversum vraagt al jaren aandacht voor het geschikt maken van ruimten boven winkels voor wonen. Voor veel Hilversummers is de leegstand van het GAK gebouw een doorn in het oog.
Minder bekend is dat ook op het Arenapark en in de Kerkelanden sprake is van langdurige leegstand van bedrijfsruimten. Dit staat in schril contrast met de bewering van het bedrijfsleven (KvK) dat almaar tamboereert dat er een tekort is aan (geschikte) bedrijfsruimte. Wat staat er dan in de weg van de omvorming naar geschikte ruimte? Op deze scheidslijnen moet de gemeente bruggen slaan waar de markt dat overduidelijk niet doet. Het is niet duidelijke waarom de bedrijfsconsulenten van de gemeente daar in de afgelopen jaren niets in hebben bereikt.